Eickhout: “Het hete hangijzer was het uitbreiden van het emissiehandelssysteem naar vluchten vertrekkend vanuit Europa. Een grote eis van het Parlement, maar totaal onacceptabel voor EU-landen omdat zij willen vertrouwen op een wereldwijd systeem (CORSIA) dat daarvoor wordt opgetuigd. Dat proces wilden ze niet in de weg lopen, terwijl ondertussen duidelijk is dat het internationale systeem niet gaat werken. We hebben nu afgesproken dat de Commissie dat in 2026 moet beoordelen, bijvoorbeeld door te kijken of er wel voldoende landen meedoen. Als inderdaad blijkt dat CORSIA onvoldoende werkt, dan gaat het emissiehandelssysteem ook gelden voor vluchten vanuit Europa, en andersom. Een klassiek compromis”.
Ook is overeengekomen dat er meer wordt geïnvesteerd in duurzame brandstoffen en moeten luchtvaartmaatschappijen, naast hun CO2-uitstoot, ook niet-CO2-uitstoot rapporteren vanaf 2025. Bijvoorbeeld de vorming van vliegtuigstrepen en luchtvervuiling op grote hoogte. Deze effecten zijn verantwoordelijk voor wel twee derde van de totale klimaatimpact van de luchtvaart. “Jarenlang hielden de Commissie en de EU-landen hun ogen gesloten voor de grootste klimaateffecten van vliegen, daar hebben we nu een eind aan weten te maken. Deze niet-CO2-uitstoot gaat gemeten en gerapporteerd worden zodat ook deze vervuiling over een paar jaar kan worden doorberekend. Dit is in potentie echt een geweldige stap voorwaarts bij het aanpakken van klimaateffecten door de luchtvaart”, besluit Eickhout.
Het akkoord dat vanochtend werd gesloten, moet nu nog door de EU-landen en het Europees Parlement worden goedgekeurd.