In de migratiedeals met landen buiten de EU financiert de EU doorreislanden om vluchtelingen tegen te houden of over te nemen van Europese landen. Hierdoor komen vluchtelingen vast te zitten in landen waar geen toegang is tot asielprocedures of in opvang waar de mensenrechten niet worden gerespecteerd. Het rapport van Strik geeft aanbevelingen aan de Europese Commissie en de lidstaten om dit te verbeteren.
De commissie stemde in met de volgende voorstellen:
- Het opzetten van een impact assessment en een onafhankelijk en transparant monitoringsysteem, hierin worden alle afspraken over migratie met niet-EU landen beoordeeld op de impact op mensenrechten.
- Het opschorten van samenwerking met landen als blijkt dat mensenrechten worden geschonden.
- Het verhogen van het aantal kwetsbare vluchtelingen dat de EU via programma's van de Verenigde Naties opneemt.
- Een sterkere rol voor het Europees Parlement om toezicht te houden op afspraken met derde landen over migratie en de financiële middelen die de EU daarvoor inzet.
- Betere toegang tot rechtsmiddelen voor migranten en vluchtelingen wiens mensenrechten zijn geschonden, zodat landen aansprakelijk kunnen worden gehouden voor mensenrechtenschendingen.
Sinds 2015 is de Europese Unie intensiever gaan samenwerken met landen buiten Europa om vluchtelingen tegen te houden voordat zij de Europese grenzen bereiken. De EU financiert de Libische kustwacht om mensen terug te sturen naar Libische detentiecentra, EU-gefinancierde projecten in Eritrea zijn gelinkt aan dwangarbeid en Turkije wordt betaald om vluchtelingen tegen te houden, terwijl zij daar het risico lopen te worden uitgezet naar Syrië. Deze week is het 5 jaar geleden dat de EU de deal met Turkije sloot.
Waarschijnlijk stemt het voltallige Europarlement in april over het rapport van Strik, waarna de Europese Commissie ermee aan de slag zal gaan.