In januari nam het Europees Parlement reeds haar eigen ambitieuze positie aan over de wetgeving. Het Parlement wil het makkelijker maken om schijnzelfstandigheid aan te pakken en verscherpte de vereisten voor het gebruik van algoritmes. Het compromis dat zojuist door de EU-landen werd gesloten gaat juist de andere kant op. Van Sparrentak betreurt dat zij de bewijslast voor werknemerschap grotendeels bij de platformwerkers willen laten en dat er heel wat uitzonderingen worden ingebouwd: “De tekst van de Europese landen zoals die er vandaag ligt is op heel wat vlakken niet goed genoeg en pakt schijnzelfstandigheid niet effectief aan. Het beloven stevige onderhandelingen te worden, want de posities liggen op dit vlak ver uit elkaar.’
De posities van het Europees Parlement en de lidstaten staan nu vast. In juli zullen ze de onderhandelingen over de definitieve wetgeving beginnen. Als het goed is, is de wet af voor de Europese verkiezingen in 2024.
