Meer dan een jaar geleden zonk op achthonderd meter uit de kust van het Italiaanse eiland Lampedusa een boot met 350 vluchtelingen aan boord. Allemaal mannen, vrouwen en kinderen die al hun hebben en houden achterlieten om veilig onderdak te zoeken in Europa. Helaas moet Europarlementariër Judith Sargentini constateren dat er weinig structureels is gebeurd om de veiligheid van bootvluchtelingen op de Middellandse Zee te verbeteren. Daarom wil Sargentini een commissie instellen om het Europees asiel- en migratiebeleid stevig op de schop te nemen.
Meteen na het drama bij Lampedusa zette Italië de operatie Mare Nostrum op; een zoek- en redactie die meer dan honderdvijftigduizend vluchtelingen redde uit de zee. Maar die operatie eindigt nu, en het Europese alternatief van Frontex is bij lange na niet toereikend om die taak helemaal over te nemen; zeker niet als we de zorgwekkende ontwikkelingen in Afrika en het Midden-Oosten in acht nemen. Een groot deel van de vluchtelingen probeert te ontkomen uit de oorlog in Syrië.
Sterke stijging slachtoffers
“De cijfers liegen niet”, zegt Sargentini. In september verdronken vijfhonderd vluchtelingen bij een schipbreuk bij Malta. Tot nu toe is het totale (bekende) dodenaantal aan vluchtelingen op de Middellandse Zee drieduizend, een sterke stijging ten opzichte van vorig jaar met zevenhonderd slachtoffers.
“Er is meer actie nodig. De Europese landen moeten beter samenwerken en sneller en sterker handelen om de mensen die in schamele bootjes de Middellandse Zee oversteken op zoek naar een veiliger bestaan, te helpen en te ontvangen.”
Recht van de sterkste
Maar de Europese lidstaten lijken niet te leren van deze tragedies. Ze blijven oplossingen zoeken in zwaardere grensbewaking, in plaats van na te denken over een ruimhartigere toelating van vluchtelingen uit Syrië en Eritrea. Sargentini: “Europa gebruikt het recht van de sterkste als selectiemiddel: Alleen diegene die het geld hebben om een mensensmokkelaar te betalen en die het uithoudingsvermogen hebben om de gevaarlijke reis te maken, komen in aanmerking.” Dat de Nederlandse staatssecretaris Fred Teeven weigert om ook maar tweehonderdvijftig extra Syrische vluchtelingen op te nemen, is hier een pijnlijke illustratie van.
Een gezamenlijk Europees asielbeleid betekent dat alle 28 landen van de Europese Unie een evenredig deel van de vluchtelingen opvangen en niet alleen de landen die toevallig op de route van de mensensmokkelaars liggen. “Als Europa meer hekken blijft bouwen, dan betekent dat vooral gevaarlijkere reizen voor de vluchtelingen en dus meer slachtoffers”, concludeert Sargentini.